Goed Nieuws op:
Goed Nieuws!
  • Home
  • Over Goed Nieuws
  • Blog
    • Blog 2014
    • Blog 2013
  • Gedichten
    • De sterrenbeelden
    • Het Hebreeuwse Alefbet
  • Links
  • Contact

Gods Plan met Israël

7/4/2014

0 Reacties

 
Vandaag de dag hoor je in veel kerken (onbewust) de vervangingsleer. Dat Israël heeft afgedaan want ja, ze hebben de Messias verworpen. Nu zijn de beloften overgegaan op het geestelijk Israël en dat is de kerk. (daarbij zijn de vloeken overigens wel voor het letterlijke Israël) Maar dit is niet wat de Schrift leert.
Picture
Laten we eerst eens gaan kijken naar een Schriftgedeelte uit Jesaja:

8 Maar gij, Israël, mijn knecht, Jakob, die Ik verkoren heb, nakroost van mijn vriend Abraham, 9 gij, die Ik gegrepen heb van de einden der aarde en geroepen uit haar uithoeken, tot wie Ik zeide: Gij zijt mijn knecht, Ik heb u verkoren en u niet versmaad – 10 vrees niet, want Ik ben met u; zie niet angstig rond, want Ik ben uw God. Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met mijn heilrijke rechterhand
(…)
13 Want Ik, de HERE, uw God, grijp uw rechterhand vast; die tot u zeg: Vrees niet, Ik help u. 14 Vrees niet, gij wormpje Jakob, gij volkje Israël! Ik ben het, die u help, luidt het woord des HEREN, en uw Verlosser is de Heilige Israëls. 15 Zie, Ik stel u tot een scherpe, nieuwe dorsslede met dubbele sneden; gij zult bergen dorsen en verbrijzelen, en heuvelen zult gij tot kaf maken. 16 Gij zult ze wannen, en de wind zal ze opnemen en de storm zal ze verstrooien; maar gij zult juichen in de HERE, u beroemen in de Heilige Israëls. (Jesaja 41: 8-16 NBG)

Een prachtig Schriftgedeelte uit Jesaja waarin God laat zien dat Hij het opneemt voor Zijn volk Israël. De Schrift staat vol met profetieën voor Israël. Waarom? Omdat de Schrift in de eerste plaats aan Israël gericht is. Het is het Woord aan Israël gegeven. God heeft dat volk uitgekozen om anders te zijn dan alle andere volken. Niet omdat het nou de grootste is. Sterker nog, het is maar heel klein! Maar vanwege Gods grote liefde (Deut. 7: 6-8). Daarbij: Israëls uitverkiezing is niet ten koste van andere volken maar tot redding van andere volken! (Rom. 11:11-12)

Israël is de bruid. Niet de christelijke kerk. Een prachtig voorbeeld vinden we opnieuw in Jesaja:

3 gij (Israël/Sion) zult een sierlijke kroon in de hand des HEREN zijn, een koninklijke tulband in de hand van uw God. 4 Men zal u niet meer noemen: Verlatene, en men zal uw land niet meer noemen: Woestenij; maar gij zult genoemd worden: Mijn Welgevallen, en uw land: Gehuwde. Want de HERE heeft een welgevallen aan u, en uw land wordt ten huwelijk genomen. 5 Want zoals een jongeling een maagd huwt, zullen uw zonen u huwen, en zoals de bruidegom zich over de bruid verblijdt, zal uw God Zich over u verblijden. (Jesaja 62:3-5)

“Ja”, kun je denken “maar dit is allemaal geweest. Vroeger. Het is gedaan met Israël! Ze hebben hun kans vergooit! Ze hebben Jezus, de Messias verworpen, ze zijn verstrooid onder de volken. Het is over en uit.” Nu, er staan tal van voorbeelden in de Schrift dat het lijkt alsof het met Israël gedaan is maar dan gaat God uiteindelijk toch weer de draad met hen oppakken. Jeremia 32 is zo'n prachtig voorbeeld dat God niet stopt met Israël:

26 Toen kwam het woord des HEREN tot Jeremia: 27 Zie, Ik, de HERE, ben de God van al wat leeft; zou voor Mij iets te wonderlijk zijn? 28 Daarom zegt de HERE aldus: Zie, Ik geef deze stad wel in de macht van de Chaldeeën en van Nebukadressar, de koning van Babel, die haar innemen zal; 29 en de Chaldeeën die tegen deze stad strijden, zullen komen, deze stad in vlam zetten en haar verbranden, met de huizen, op welker daken men voor de Baäl offers ontstoken en plengoffers aan andere goden gebracht heeft, waarmee men Mij heeft gekrenkt. 30 Want de Israëlieten en de Judeeërs deden van jongs af voortdurend enkel wat kwaad is in mijn ogen; de Israëlieten krenkten Mij immers voortdurend met het werk hunner handen, luidt het woord des HEREN. 31 Want deze stad heeft mijn toorn en mijn gramschap opgewekt sedert de dag dat men haar bouwde, tot op heden, zodat Ik haar moet wegdoen uit mijn ogen 32 om al de boosheid die de Israëlieten en de Judeeërs bedreven hebben en waarmee zij Mij gekrenkt hebben; zij, hun koningen, hun vorsten, hun priesters en hun profeten, zowel de mannen van Juda als de inwoners van Jeruzalem; 33 zij keerden mij de nek toe in plaats van het aangezicht; hoewel Ik hen leerde, vroeg en laat, luisterden zij niet en lieten zich niet gezeggen. 34 Maar zij zetten hun gruwelen in het huis waarover mijn naam is uitgeroepen, om dat te verontreinigen, 35 en zij bouwden de hoogten van de Baäl, die zich in het dal Ben-Hinnom bevinden, om hun zonen en dochters aan de Moloch te wijden, wat Ik hun niet geboden had en wat bij Mij niet opgekomen was, het bedrijven van deze gruwel om Juda te doen zondigen.

Het lijkt hier dat Israël hier haar kans vergooit heeft en inderdaad: Israël maakt zeker enorme fouten. Nu kun je zeggen: “Ja, zie je wel!” Maar Jeremia 32 heeft een vervolg. Laten we verder lezen:

36 Maar nu, zo zegt de HERE, de God van Israël, van deze stad, waarvan gij zegt: Zij is in de macht van de koning van Babel gegeven door het zwaard, de honger en de pest –: 37 zie, Ik verzamel hen uit al de landen, waarheen Ik hen in mijn toorn en gramschap en grote verbolgenheid zal verdreven hebben, en Ik zal hen naar deze plaats terugbrengen en hen veilig doen wonen; 38 zij zullen Mij tot een volk zijn en Ik zal hun tot een God zijn; 39 Ik zal hun één hart en één weg geven, zodat zij Mij vrezen al de dagen, hun en hun kinderen na hen ten goede; 40 ja, Ik zal een eeuwig verbond met hen sluiten, dat Ik Mij niet van achter hen afwenden zal en dat Ik hun wèl zal doen, en mijn vrees zal Ik in hun hart leggen, zodat zij niet van Mij afwijken; 41 Ik zal Mij over hen verblijden en hun weldoen en Ik zal hen voorgoed in dit land planten met heel mijn hart en heel mijn ziel. 42 Want zo zegt de HERE: Zoals Ik al deze zware rampspoed over dit volk gebracht heb, zó breng Ik over hen al het heil, dat Ik over hen verkondig. 43 Er zullen akkers gekocht worden in dit land, waarvan gij zegt: Een wildernis is het, zonder mens en dier, het is in de macht der Chaldeeën gegeven; 44 akkers zal men voor geld kopen en koopbrieven schrijven, deze verzegelen en door getuigen doen bekrachtigen in het land van Benjamin, in de omstreken van Jeruzalem, in de steden van Juda, van het Gebergte, van de Laagte en van het Zuiderland; want Ik zal in hun lot een keer brengen, luidt het woord des HEREN.

God laat Israël terugkeren! Het is niet met haar afgelopen. Daarbij staat er in het hoofdstuk hiervoor een prachtig tekst. Waarin God het als een soort vast contract zwart op wit heeft neergezet. Dus we kunnen er niet omheen!: (Jeremia 31:35-37)

35 Zo zegt de HERE, die de zon overdag tot een licht geeft, die de maan en de sterren verordent tot een licht des nachts, die de zee opzweept, dat haar golven bruisen, wiens naam is HERE der heerscharen: 36 Als deze verordeningen voor mijn ogen zullen wankelen, luidt het woord des HEREN, dan zal ook het nageslacht van Israël ophouden al de dagen een volk te zijn voor mijn ogen. 37 Zo zegt de HERE: Als de hemel boven te meten is en de fundamenten der aarde beneden na te speuren zijn, dan zal Ik heel het nageslacht van Israël verwerpen om al hetgeen zij gedaan hebben, luidt het woord des HEREN.

Foto
Duidelijker kan niet lijkt me...

Israël zal in de toekomende aioon(=volgende periode/tijdperk) juist een grote rol spelen in Gods Koninkrijk hier op aarde. Ze heeft juist een prominente rol. Een grote opdracht. Jezus had het hier al over bij de twaalf:
5 Deze twaalf heeft Jezus uitgezonden en Hij gebood hun, zeggende: Wijkt niet af op een weg naar heidenen, gaat geen stad van Samaritanen binnen; 6 begeeft u liever tot de verloren schapen van het huis Israëls. 7 Gaat en predikt en zegt: Het Koninkrijk der hemelen(= een Hemels Koninkrijk op de aarde) is nabijgekomen. 8 Geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatsen, drijft boze geesten uit. Om niet hebt gij het ontvangen, geeft het om niet. (Matt 5:5-10)

Of bedenk eens wat Jezus zei tegen een heidense vrouw: 21 En Jezus ging vandaar en trok Zich terug naar de omgeving van Tyrus en Sidon. 22 En zie, een Kananese vrouw uit dat gebied kwam en riep: Heb medelijden met mij, Here, Zoon van David, mijn dochter is deerlijk bezeten. 23 Hij echter antwoordde haar geen woord, en zijn discipelen kwamen bij Hem en vroegen Hem, zeggende: Zend haar weg, want zij roept ons na. 24 Hij echter antwoordde en zeide: Ik ben slechts gezonden tot de verloren schapen van het huis Israëls.

Jezus beperkte zich tot Israël en de discipelen ook. Waarom? Dat was de opdracht. Straks in de volgende aioon zal God de draad met Israël oppakken en het evangelie bekend maken onder de natiën. Dat verzin ik niet. Dat is wat de Schrift zegt: – Israël zal een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. (Ex. 19:6) – Israël zal een licht voor de volken zijn, waarvoor koningen zullen opstaan. (Jesaja 49:6-7) – Het Woord zal uitgaan vanuit Jeruzalem. (Jesaja 2: 2-5 en Micha 4:1-3)Dus niet Amsterdam of New-York.

Toch, als je de Schrift leest, loopt Israëls opdracht eerst tot een dood spoor. De opdracht was om het evangelie van de Messias te vertellen aan Israël want als een ieder bekeerd was en tot geloof kwam dan zou de Messias terugkeren. Petrus vertelt dit op het Tempelplein:
Picture
19 Komt dan tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des Heren, 20 en Hij de Christus, die voor u tevoren bestemd was, Jezus, zende; 21 Hem moest de hemel opnemen tot de tijden van de wederoprichting aller dingen, waarvan God gesproken heeft bij monde van zijn heilige profeten, van oudsher. (Handelingen 3:19-21)

Maar we kennen de geschiedenis. Dit liep anders af dan Israël had gedacht. Als je Handelingen leest zie je dat er een afwijzing komt. Gelukkig loopt bij GOD nog steeds alles volgens plan. Paulus beschrijft in Romeinen zelfs heel sterk over Israëls val:

11 Ik vraag dan: zij zijn toch niet zo gestruikeld, dat zij wel vallen moesten? Volstrekt niet! Door hun val is het heil tot de heidenen gekomen, om hen tot naijver op te wekken. 12 Betekent nu hun val rijkdom voor de wereld en hun tekort rijkdom voor de heidenen, hoeveel te meer hun volheid! 13 Ik spreek tot u, heidenen. Juist omdat ik apostel der heidenen ben, acht ik dit de heerlijkheid van mijn bediening,

Op het moment dat Israëls opdracht op een dood spoor liep riep God een dertiende apostel. Genaamd Paulus. Het grappige is dat de naam Paulus is afgeleid van een Grieks werkwoord wat te maken heeft met een stop. Een pauze. Een onderbreking. Paulus opdracht was heel anders dan die van de twaalf. Paulus had niet de opdracht om al de natiën tot een discipel van Jezus te maken. Nee God begon bij Paulus “een volk” uit de natiën te vergaderen. (Handelingen 15:14) Eerstelingen. Dit gaat over het Lichaam van Christus. Niet een grote massa groep maar juist een kleine groep.Ik kom hier op terug in een volgende blog.
Maar als God dit “volk”, het Lichaam, gecompleteerd heeft pakt Hij de draad met Israël weer op. Kijk maar: (Handelingen 15:12-17)

12 En de gehele vergadering werd stil en zij hoorden Barnabas en Paulus verhalen wat al tekenen en wonderen God door hen onder de heidenen gedaan had. 13 En nadat dezen uitgesproken waren, nam Jakobus het woord en zeide: Mannen broeders, hoort naar mij! 14 Simeon heeft uiteengezet, hoe God van meet aan erop bedacht geweest is een volk voor zijn naam uit de heidenen te vergaderen. 15 En hiermede stemmen overeen de woorden der profeten, gelijk geschreven staat: 16 Daarna zal Ik wederkeren en de vervallen hut van David weder opbouwen, en wat daarvan is ingestort, zal Ik weder opbouwen, en Ik zal haar weder oprichten, 17 opdat het overige deel der mensen de Here zoeke, en alle heidenen, over welke mijn naam is uitgeroepen, spreekt de Here, die deze dingen doet,

Zie voor een gelijke profetie ook Amos 9: 11-15.

Kortom: De vervangingsleer is een doctrine die de christelijke kerk is ingeslopen. Het zegt dat Israël heeft afgedaan maar in een veel diepere laag zegt het nog meer dat God niet afmaakt het werk dat zijn Hand begon (Psalm 138:8 zegt dat Hij dat juist wel doet!): “Want Hij begon met Israël maar zij wilden niet luisteren dus moest God een andere groep uitverkoren en dat zijn wij de kerk.” In feite hoor je hier het egoïsme van de christelijke kerk want ze zetten zich zelf bovenaan het lijstje van God. Totaal niet overeenkomend met de Schrift.
Picture
Nu kun je na het lezen hiervan denken: “En wij dan?. Als de gehele Bijbel over Israël gaat en voor Israël geschreven is....”

Goede vraag. Heel de Schrift is voor de Israëlieten. Het oude testament is voorbij en dan komen we bij Mattheus, Marcus, Lucas, Johannes.....allemaal nog steeds Israël. Maar toen kwam daar die dertiende apostel. Afgezonderd geroepen door Christus (die toen al in de Hemel was) zelf. Paulus.
Hij is de apostel die een boodschap heeft aan de heidenen/natiën. (Gal 2:7) Daar zit de boodschap aan de heidenen. Hoe en wat precies? Daarover een volgende blog...

0 Reacties

Uw commentaar zal worden geplaatst nadat het is goedgekeurd.


Laat een antwoord achter.

    Archives

    December 2014
    November 2014
    Oktober 2014
    September 2014
    Juli 2014

    RSS-feed

Powered by Create your own unique website with customizable templates.